2 Is er een wettelijk huwelijksvermogenstelsel en zo ja, wat houdt dit in?

2.1. Beschrijf de algemene beginselen: Welke goederen maken deel uit van de gemeenschap van goederen? Welke goederen zijn onderdeel van het privé vermogen van de echtgenoten?

Het wettelijk huwelijksvermogensstelsel in de Tsjechische Republiek is dat van gemeenschap van goederen, dat wordt beheerst door het Burgerlijk Wetboek (Wet nr. 89/2012 Sb.).

Een meer gedetailleerd overzicht van de gemeenschap van goederen is te vinden in de Artikelen 709, 710 en 3020 van het Burgerlijk Wetboek, waarin bepaald wordt dat de gemeenschap van goederen van echtgenoten bestaat uit:

  • Activa die door één echtgenoot of beide echtgenoten zijn verworven tijdens het huwelijk, met uitzondering van activa die:
    • voorzien in de persoonlijke behoeften van één van de echtgenoten,
    • door slechts één van de echtgenoten werden verworven middels een schenking, erfenis of legaat, tenzij de schenker tijdens de schenking of de overledene in zijn/haar testament een andere intentie kenbaar heeft gemaakt,
    • door één van de echtgenoten zijn verkregen als vergoeding voor de aantasting van zijn/haar persoonlijke rechten, zonder aan het vermogen te raken,
    • door één van de echtgenoten werden verworven door een rechtshandeling met betrekking tot zijn/haar eigen vermogen,
    • door één van de echtgenoten zijn verkregen als vergoeding voor schade aan, vernieling of verlies van zijn/haar eigen vermogen,
    • op basis van restitutiewetgeving werden teruggegeven aan de echtgenoot die voorafgaand aan het huwelijk eigenaar daarvan was, of die de wettelijke erfgenaam van de oorspronkelijke eigenaar is.

De gemeenschap van goederen van echtgenoten omvat eveneens de winst afkomstig uit het persoonlijk vermogen van een echtgenoot, evenals het aandeel van de echtgenoot in een vennootschap of coöperatieve, indien de echtgenoot vennoot van de vennootschap of lid van de coöperatie werd tijdens het huwelijk (tenzij de verwerving van het aandeel onder één van de bovenvermelde uitzonderingen viel).

  • Schulden die de echtgenoten tijdens het huwelijk hebben opgelopen, met uitzondering van:
    • schulden inzake activa die behoren tot de persoonlijke eigendom van slechts één van de echtgenoten en waarvan de omvang de winst die hieruit voortspruit, overstijgt, of
    • schulden die zijn aangegaan door één van de echtgenoten zonder toestemming van de andere echtgenoot, en zonder dat dit betrekking heeft op het voorzien in de dagelijkse of gemeenschappelijke behoeften van het gezin.

2.2. Zijn er wettelijke veronderstellingen met betrekking tot de toekenning van goederen?

De Tsjechische wetgeving voorziet momenteel niet in dergelijke aanname.

2.3. Moeten de echtgenoten een inventaris van de bezittingen opstellen? Zo ja, wanneer en hoe?

Er is geen bepaling die leidt tot een verplichting voor het opstellen van een inventaris van activa. Desalniettemin is het aan te raden om een inventaris op te stellen met betrekking tot de verdeling van de gemeenschap van goederen van de echtgenoten in geval van beëindiging van de gemeenschap (namelijk, bij ontbinding van het huwelijk of overlijden van één echtgenoot).

2.4. Wie is verantwoordelijk voor het beheer van het vermogen? Wie mag goederen vervreemden? Mag één echtgenoot alleen de goederen vervreemden/beheren of is de toestemming van de andere echtgenoot nodig (bijvoorbeeld in geval van vervreemding van echtelijke woning)? Welk effect heeft de ontbrekende toestemming op de geldigheid van een overdracht en op de tegenwerpbaarheid daarvan aan een derde?

Beide echtgenoten (of één van hen, conform een overeenkomst) gebruiken en beheren gezamenlijk de activa die deel uitmaken van hun gemeenschap van goederen. Het normale beheer van de activa die deel uitmaken van de gemeenschap van goederen kan door elk van beide echtgenoten worden uitgevoerd (bijv. afwikkeling van gezamenlijke huishoudelijke zaken, betaling van normale verplichtingen, zoals huur en bijbehorende diensten, levensmiddelen, aankoop van normale consumentengoederen). In gevallen die niet tot het normale beheer van de gemeenschap van goederen behoren (bv. overdracht van onroerend goed of activa van een hogere waarde of hypothekeren van een onroerend goed), is de toestemming van beide echtgenoten vereist. Indien één van de echtgenoten zonder gegronde reden weigert toestemming te geven of niet in staat is om zijn/haar wens bekend te maken, kan zijn/haar toestemming worden vervangen door toestemming van de rechtbank op verzoek van de andere echtgenoot. Indien één van de echtgenoten handelt zonder toestemming van de andere echtgenoot in gevallen waar de toestemming van beide echtgenoten vereist is, kan de andere echtgenoot nietigverklaring van de handeling vorderen (artikelen 713 en 714 van het Burgerlijk Wetboek). Indien hij/zij echter verzuimt de nietigverklaring in te roepen, blijft de handeling van kracht (artikel 586, lid 2 van het Burgerlijk Wetboek). Deze bepalingen zijn alleen van toepassing indien niet anders bepaald is in een huwelijkscontract of een gerechtelijke beslissing.

2.5. Is een overdracht verricht door de ene echtgenoot ook bindend voor de andere?

Beide echtgenoten zijn gezamenlijk en hoofdelijk gerechtigd en aansprakelijk voor rechtshandelingen betreffende de gemeenschap van goederen die door één van beide echtgenoten zijn uitgevoerd als onderdeel van het normale beheer (artikel 713, lid 3 van het Burgerlijk Wetboek).

2.6. Wie is aansprakelijk voor de schulden tijdens het huwelijk? Op welke goederen kunnen schuldeisers zich verhalen?

Beide echtgenoten zijn gezamenlijk en hoofdelijk aansprakelijk voor schulden die verband houden met hun gemeenschap van goederen (artikel 713, lid 2 van het Burgerlijk Wetboek). Deze schulden kunnen worden voldaan uit de gemeenschap van goederen van de echtgenoten of uit het persoonlijk vermogen van elke echtgenoot.

Het huwelijkscontract kan de gezamenlijke en hoofdelijke aansprakelijkheid van de echtgenoten voor schulden uitsluiten, maar deze overeenkomst is enkel tegenwerpbaar aan derden indien de derde daarmee instemt (artikel 719, lid 2 van het Burgerlijk Wetboek) of indien het huwelijkscontract, op verzoek van beide echtgenoten, is ingeschreven in het openbaar register der huwelijkscontracten (artikel 721, lid 1 van het Burgerlijk Wetboek).

De echtgenoten blijven persoonlijk aansprakelijk voor schulden die geen deel uitmaken van de gemeenschap van goederen van de echtgenoten, dit zijn in principe: 

  • schulden met betrekking tot hun persoonlijk vermogen, in de mate waarin deze schulden de winsten uit het vermogen overschrijden, 
  • schulden die door één van de echtgenoten werden overgenomen zonder de toestemming van de andere echtgenoot en die niet voorzien in de dagelijkse behoeften van het gezin, 
  • schulden die voortvloeien uit het wangedrag van één van de echtgenoten, 
  • schulden tegenover de staat en andere autoriteiten, 
  • schulden opgelopen voor het huwelijk.

In tenuitvoerleggingsprocedures kunnen deze schulden (met uitzondering van de schulden opgelopen voor het huwelijk) niet alleen worden voldaan vanuit het persoonlijk vermogen van de aansprakelijke echtgenoot, maar ook vanuit de gemeenschap van goederen van de echtgenoten.