1 Welke wet is van toepassing?
1.1. Welk recht is van toepassing op het vermogen van de echtgenoten? Welke criteria/regels worden gebruikt om het toepasselijke recht te bepalen? Welke internationale verdragen moeten worden gerespecteerd met betrekking tot bepaalde landen?
Voor huwelijken gesloten tot en met 28 januari 2019 gelden de eigen internationale Spaanse regels. De gevolgen van een huwelijk worden beheerst door het gemeenschappelijk natonaal recht van de echtgenoten (dat wordt vastgesteld aan de hand van nationaliteit en, indien beide echtgenoten de Spaanse nationaliteit hebben, ook aan de hand van de “vecindad civil”, dat bepaalt welke van de verschillende Spaanse stelsels van toepassing kan zijn) op het moment van sluiten van het huwelijk. Bij afwezigheid van dergelijk recht, worden ze beheerst door het nationaal recht of het recht van de gewone verblijfplaats van een van beide echtgenoten, zoals door beide echtgenoten overeengekomen in een authentieke akte voorafgaand aan het sluiten van het huwelijk. Wanneer zij geen dergelijke rechtskeuze hebben uitgebracht, dan worden de gevolgen van het huwelijk beheerst door het recht van hun gezamenlijke gewone verblijfplaats onmiddellijk na het sluiten van het huwelijk of, bij afwezigheid van een dergelijke verblijfplaats, door het recht van de plaats waar het huwelijk is gesloten (art. 9, lid 2 BW).
Wanneer het niet mogelijk is om het toepasselijk recht te bepalen (d.w.z. voor echtgenoten met verschillende vecindad civil en die geen overeenkomst hebben gesloten voorafgaand aan het sluiten van het huwelijk, die geen gezamenlijke gewone verblijfplaats hebben na het sluiten van het huwelijk en die niet in het buitenland zijn getrouwd), dan is zijn de conflictregels voor huwelijken tussen Spanjaarden van toepassing (art. 16, lid 3 BW).
Na de inwerkingtreding van de Europese Verordening (EU) 2016/1103 van 24 juni 2016 gelden nieuwe regels om te bepalen welk recht van toepassing is op alle huwelijken die worden aangegaan vanaf 29 januari 2019 en op huwelijken die werden aangegaan voor de datum waarop de Verordening van kracht werd indien de echtgenoten na29 januari 2019 een recht hebben gekozen dat van toepassing is op hun huwelijksvermogensstelsel.
Bij gebreke aan een rechtskeuze bepaalt artikel 26 het toepasselijk recht als volgt:
- De eerste gemeenschappelijke gewone verblijfplaats van de echtgenoten na de huwelijkssluiting.
- Bij gebreke daaraan, de nationaliteit van beide echtgenoten op het tijdstip van de huwelijkssluiting. Dit criterium kan niet worden toegepast wanneer beide echtgenoten dezelfde dubbele nationaliteiten hebben.
- Bij gebreke daaraan, het recht van de staat waarmee de echtgenoten samen op het tijdstip van de huwelijkssluiting de nauwste band hadden.
Bij wijze van uitzondering en op voorwaarde dat een van de echtgenoten hierom vraagt, kan de bevoegde rechterlijke instantie beslissen dat het recht van een andere staat dan deze van de eerste gewone gemeenschappelijke verblijfplaats na de huwelijkssluiting van toepassing is (art. 22.3).
1.2. Hebben de echtgenoten de mogelijkheid het toepasselijke recht te kiezen? Zo ja, door welke beginselen wordt deze keuze dan bepaald (bijvoorbeeld voor welk recht kan gekozen worden, vormvereisten, retroactiviteit)?
Tot en met 28 januari 2019 kunnen de echtgenoten alleen een rechtskeuze uitbrengen, indien zij niet dezelfde nationaliteit hebben. Conform de bepalingen beschreven in 1.1 kunnen zij het recht van een van de echtgenoten kiezen (zijnde het nationale recht van een van de echtgenoten – zie hierboven – of het recht van de gewone verblijfplaats van een van de echtgenoten op het tijdstip van de huwelijkssluiting) (art. 9, lid 2 BW).
Verordening (EU) 2016/1103 voorziet de mogelijkheid om het recht van een van de staten waarvan ten minste een van de echtgenoten de nationaliteit heeft of het recht van de gewone verblijfplaats van een van de echtgenoten op het ogenblik van het uitbrengen van de keuze, te kiezen als recht dat van toepassing is op hun huwelijksvermogensstelsel (art. 22). Deze keuze kan slechts geldig worden gemaakt vanaf 29 januari 2019 binnen het kader van een huwelijkscontract/huwelijkse voorwaarden of een rechtskeuzeovereenkomst (ook wel rechtskeuze ‘sec’ genoemd) en overeenkomstig de vormvereisten vermeld in artikel 23, waarbij de vormvereiste inhoudt dat een authentieke notariële akte verplicht is.
Ten slotte heeft de keuze van het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensstelsel slechts gevolgen voor de toekomst, behalve indien de echtgenoten anders overeenkomen en zonder afbreuk te doen aan de rechten van derden.