6 Wat zijn de gevolgen van overlijden?
Op het vlak van het huwelijksvermogensrecht: indien er geen andere clausules in een huwelijkscontract of wijzigingsakte staan, wordt het gemeenschappelijk vermogen bij helften verdeeld. De langstlevende echtgenoot heeft dus sowieso de helft van het gemeenschappelijk vermogen in volle eigendom.
Op het vlak van het erfrecht komt de andere helft van het gemeenschappelijk vermogen (en van het vermogen dat exclusief tussen de echtgenoten in onverdeeldheid is) eveneens in volle eigendom toe aan de langstlevende echtgenoot indien er geen kinderen zijn. Zijn er wel kinderen, dan komt die andere helft in blote eigendom toe aan de kinderen. De langstlevende echtgenoot verkrijgt hierop dan evenwel het vruchtgebruik. Het is ook mogelijk specifieke clausules in het huwelijkscontract op te nemen die ervoor zorgen dat na het overlijden de langstlevende echtgenoot wordt bevoordeeld (artt. 1457 - 1460 BW).
Ook op vlak van het erfrecht is de langstlevende echtgenoot bijzonder beschermd. Zo komt een minimumdeel (voorbehouden erfdeel) van de nalatenschap verplicht toe aan de langstlevende echtgenoot. De langstlevende echtgenoot krijgt echter altijd minstens het vruchtgebruik van de helft van de goederen van de erfenis. In deze helft zit minstens het vruchtgebruik van het onroerend goed dat als gemeenschappelijke verblijfplaats diende en van het daarin aanwezige huisraad, ook al overtreft de waarde van dit vruchtgebruik de helft van de waarde van het vruchtgebruik van de nalatenschap (artt. 745bis en 915bis BW).