8 Wat bepaalt de wet voor de goederen van geregistreerde en niet-geregistreerde partners?
In de Wet van 2010 betreffende burgerlijk partnerschap en bepaalde rechten en verplichtingen van samenwonenden (Wet van 2010) wordt voorzien in het oprichten van een Registratie-overzicht van burgerlijk partnerschap (voor koppels van hetzelfde geslacht)Delen 1-14 en Deel 16) en voor een vergoedingsregeling voor samenwonenden (voor koppels van hetzelfde en van verschillend geslacht) (Deel 15) waarvoor geen registratie is vereist. Net als bij getrouwde stellen komen ook aan diegenen die partij zijn bij een geregistreerd burgerlijk partnerschap en diegenen die worden gezien als samenwonend ten behoeve van de Wet van 2010 aanzienlijke rechten en bescherming toe met betrekking tot financiële ondersteuning en vermogen. Met betrekking tot een burgerlijk partnerschap leidt een breuk in de relatie of het overlijden van een van beide partijen tot het recht bij de andere partij om een vordering in te kunnen dienen voor onderhoud (Deel 5), t.a.v. vermogen (artikel 118) en een pensioenaanpassing (artikel 121), en/of t.a.v. de nalatenschap van de overleden partner (Deel 8). In aanvulling daarop wordt in Deel 4 van de Wet van 2010 voor burgerlijke partners voorzien in een bescherming van de gedeelde woning die lijkt op de rechten van de echtgenoot die geen eigenaar is met betrekking tot de echtelijke woning (artikel 27-42) – zie 2.4. hiervoor. De rechten van samenwonenden zijn even uitgebreid, hetgeen voortvloeit uit het feit dat zij samenwonen en zonder verplichting tot, of systeem, voor registratie. Met betrekking tot een in aanmerking komende relatie (zoals gedefinieerd in artikel 172 van de Wet van 2010) leidt een breuk in de relatie of het overlijden van een van beide partijen tot het recht bij de andere partij om een verzoek in te dienen tot een onderhoudsvordering (artikel 175), een vordering tot aanpassing van het vermogen (artikel 174), een vordering tot pensioenaanpassing (artikel 187), en/of vordering op de nalatenschap van de overleden partner (artikel 194).